woensdag 22 december 2010

Boundary Spanning Leadership

Mannen,
Ik kwam Mark, de voorganger van Jaap vandaag tegen. Ik vertelde over ons afstudeerproject. Hij vertelde dat de schakelfunctie tussen de eigen organisatie en de buitenwereld in de Amerikaanse literatuur 'boundary spanning' wordt genoemd. Al googlende kom ik tot vier interessante links (er zijn er meer). Het bepalen van de grens van je boundary is 'boundary judgement'. Goed om deze termen mee te nemen naar de VS. Als ik alle vermeldingen op google zo bekijk, zie je dat 'boundary spanning', het oprekken van de grenzen van je organisatie door er over heen te kijken, in de business development als een wat langer gebezigde term is. In het overheidsdenken is de term nog nauwelijks ontdekt.
Het gezaghebbende nieuwste boek is Boundary Spanning Leadership. Hier een link:http://www.mhprofessional.com/product.php?isbn=0071638873
En dan nog drie andere links:
en
en
Dit is in de ronkende taal van In 't veld.
groetjes,
Ruud

Leiderschap en mindfulness

Heb leuk gesprek gehad met psychologe van de HAN. Afspraak gepland op 28 januari. Ze wees me op de serie leiders gezocht, de vorige aflevering ging over balans:

"Leiders geven leiding aan anderen. Maar dat doen ze pas echt goed als ze op de juiste wijze leiding geven aan zichzelf. Hoe blijft hij of zij in balans? Dat is de vraag die aan het slot van de serie wordt gesteld. Voorwaarde lijkt dat een leider vooral begrijpt dat het de verlangens en emoties van de zogenaamde ondergeschikten zijn die voorop moeten worden gesteld, belangrijker zijn dan de eigen verlangens en emoties. Om steeds maar weer te ervaren dat het mogen leiden een spirituele opdracht is, is het van belang dat de leider van de 21-ste eeuw de stilte op zoekt!"

Get Microsoft Silverlight
Of bekijk de flash versie.

dinsdag 21 december 2010

Engelse mail aan organisatie New York

Dear mrs Wicks,
I have been refered to you by my colleague Jula Grimbilas of the City of Rotterdam. She told me that she was impressed with your schools and that you have worked together in organising a music class by the Rotterdanm Philharmonic Orchestra when they visited New York.
I am currently working on a master's study public administration at the Netherlands School of Public Administration. I am doing so with a group of three other students. Niels Kuipers is senior advisor of the elderman on education (City of Rotterdam), Abdilaziz Musa is senior policy advisor welfare (City of Utrecht) and Rudmer de Vries is strategic education advisor (City of The Hague). We'll graduate on leadership qualities of civil servants who work in the field of education (I'll explain more below). In February we'll visit Boston (attending classes on leadership at the Kennedy School of Public Administration) and New York.
All four of us are fascinated by the wide gap between our own organisations (the municipality as a bureaucracy) and the world around us. The bureaucracy is made for transparancy, control and is focused on serving the political leadership. The world around us is a network of persons, organisations and different interests. These two worlds have not only different interests, but also different paces and timeframes, different logics, and sometimes even different languages. We believe that innovations rarely derive from our bureaucracies, but come from others, like the Urban Assembly. But it takes two to tango: innovators in the networks need the bureaucracy for budgets or legal approvals. That wider the gap between the two worlds, the more powerful the impediment for change.
We are even more fascinated by those civil servants who are able to balance between the network in the city and the bureaucracy. They balance between chaos and order by crossing the border back and forth. These professionals understand the logics of both worlds and are able to connect them (resulting in innovations that work in the outside world and that are embraced by the bureaucracy). They are rare, though, as they encounter a lot of misunderstanding of colleagues. Taking such a position may be dangerous, so it requires courage. We believe that the future of public administration is that civil servants have to change into people who seek the balance between the logics of their own municipality and that of the network outside the municipality. We'll write our thesis on the required personal qualities that civil servants enable to connect these two worlds. There also many leaders in the networks outside the municipalities.
These are leadership qualities. We are not so much looking for the big heroes (the CEOs, directors etc.), but more so for the small leaders. Those are the ones who have the courage to take risks, the courage to advocate a new policy even without the certainty that it will work, the courage to address taboo issues, the courage to take sides of 'the other party', etc. Those are the ones who are able to convince their colleagues to embrace change. We call them leaders, but in many cases they are not recognized as such. Also they themselves may not see it that way. So, we take the term 'leadership' as wide as possible.
We will interview many small and big leaders on their personal qualities, how they deal with hierachy, uncertainty, conflicting interests, how they create their own space of movement etc. Those are leaders in and outside the municipality. We do so in four cities: The Hague, Enschede (a small but very innovative town), Antwerp (Belgium) and New York. All four cities have a different context and office culture. We focus on people who work in the field of education.
Without leadership there was no Urban Assembly. It is one of the successful initiatives to reform the system. You have been able to make a difference for a new generation that you enable to achieve 15 points higher than before. That is a powerful result. That achievement could only be made by people who have shown great leadership. You must also have had a Geoffrey Canada. But they have only managed, however, because other people, the small leaders, joined in.
We would be very interested in interviewing several the big and small leaders of Urban Assembly. If possible also your counterparts of the borough of Bronx and the City of New York.
I hope we can visit you for a couple of interviews on Monday 21 or Tuesday 22 February.
I'll try to call you tomorrow morning (your time).
On behalf of Niels, Abdilaziz and Rudmer,
With kind regards,
Ruud Rakers

Negotiaton Harvard

Ha mannen,

Ik zou graag met jullie donderdag de optie willen bespreken om iets te doen met de Harvard Negotiation Project. Zie onderstaande website.

http://www.pon.harvard.edu/category/students/

Colleges volgen is vreselijk duur, dus volgens mij geen optie. Wel zouden we ze kunnen bellen met de vraag of wij met een twee of drie gevorderde studenten kunnen praten over ons onderwerp. Het mooiste is dan natuurlijk als we ook met mensen kunnen spreken voor wie zij onderhandeld hebben oid, maar dat kan niet in zulke korte tijd. Uit de interviews kunnen we misschien wel een ander kader / andere manier van kijken destilleren. Want onderhandelen gaat grotendeels over ruimte maken, nemen, opeisen, weggeven, uitruilen, maar ook nieuwe ruimte verzinnen etc. Ambtenaren die balanceren tussen orde en chaos zijn constant die ruimte aan het uitonderhandelen.

Ik heb ooit het boekje 'excellent onderhandelen' gelezen van Roger Fisher en Bruce Patton van het HNP. Wat mij heeft geholpen is hun concept van 'BAZO': beste alternatief zonder uitkomst. En zo zijn er nog veel meer inzichten die ons kunnen helpen bij de assemblage van de perfecte ambtenaar (ik zie daarvan zo'n renault reclame voor me).

Zullen we donderdag bespreken of we die HNP gaan benaderen en zo ja hoe / met welke vraag?

Tot donderdag

Ruud

maandag 13 december 2010

Twee artikelen over gebruik openbare ruimte

Ha mannen,
Ik heb er sinds afgelopen vrijdag weer helemaal zin in. Ik bel vandaag nog langs de velden.
Ik heb nog verder zitten te denken over het begrip ruimte. Ook nav de opmerking van Rudmer op het laatst over de ziekte met die moeilijke naam, de woordenarmoede.
Ik kwam op het volgende:
1. Ruimte en de betekenins ervan in het gevecht / oorlog. De oer-wetenschapper in de gevechtskunst, Sun-Tzu heeft iets over ruimte gezegd. Kijk eens op deze link:http://fm.manutd.nl/content/view/1019/220/ en http://www.synergy.nu/synjaal/mei2010.pdf
2. Via Sun-Tzu kwam ik op de gevechtskunst Tai-Tchi dat ook in hoge mate gaat over ruimte nemen en pakken. We kunnen de competenties van de schakelende ambtenaar volledig vertellen in Tai-Chi termen.
3. Ruimte en de vrees ervoor. Pleinvrees of agorafobie. Hebben we als ambtenaren niet enorm veel last van ruimtevrees? En wat doe je tegen ruimtevrees? je komt de deur niet meer uit. Wat is er te doen aan ruimtevrees en kunnen we dat niet vertalen naar de competenties van de schakelende ambtenaar?
4. Dan de fysieke ruimte. Hoe minder regels, hoe meer er beter gaat (ipv slechter). Zie de proef in Zeeland waar ze veel overbodige borden hebben weggehaald. Ik weet dat deze discussie in veel steden speelt en dat vooral de politie hierop tegen is. www.trouw.nl/krantenarchief/2007/12/24/2341849/Weghalen_verkeersborden_leidt_tot_veiliger_gedrag. En wat betekent dit voor de schakelende ambtenaar?
5. In de openbare ruimte speelt nog een ander concept een steeds grotere rol: shared space. Ik stuur jullie twee mails achterna met bijlagen hierover. Het architectenbureau West8 in Rotterdam heeft dar wereldwijd faam en naam mee gemaakt. Zij zijn overifgens lang niet de enige. Zal ik kijken of we met hen een afspraak kunnen maken?
6. Ik heb bericht over Ton Lemaire, de filosoof die veel over ruimte kan vertellen. De man heeft voor de rust gekozen en woont nu ergens midden in Frankrijk, ver van de bewoonde wereld. heeft geen e-mail. Wel een telefoonnummer. Ik ga hem toch bellen, maar schat de kans op slagen niet bijster groot.
Tot zo ver.
Ruud


Artikel over Shared Space

Artikel over Placemaking

zondag 12 december 2010

Flexibilisering overheid


Ha mannen,

Lees hier een A-4 tje met mijn gedachtes over de toekomst van de
dienst OCW, waarin ik uitgebreid heb geput uit onze discussies, dus
daar zouden jullie je in moeten kunnen herkennen.

Groeten,

Rudmer

vrijdag 10 december 2010

Mail aan interviewees

Geachte heer Rinnooy Kan,

Wat is 'ruimte'? Deze misschien wat bijzondere vraag willen wij u graag stellen.
Het is een trend om te zeggen dat ambtenaren meer 'ruimte' nodig hebben om beter in te kunnen spelen op wat er in de samenleving speelt. Maar wat is 'ruimte' eigenlijk? Die vraag blijkt moeilijker te beantwoorden dan we in eerste instantie vermoedden.

Wie zijn wij?
Wij zijn vier nieuwsgierige, ambitieuze dienaren van de publieke zaak die over een half jaar een post-academische opleiding afronden aan de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur (NSOB). Voor ons masteronderzoek kijken we naar de overheidsprofessional. Wat moet die in zich hebben en kunnen om veranderingen in netwerken te kunnen voeden en tegelijkertijd de eigen bureaucratie daarop aan te laten sluiten. Wij hebben daar in ons dagelijks werk veel mee te maken.

Wat onderzoeken we?
We staan nu voor een aantal grote maatschappelijke uitdagingen:energievoorziening, duurzaamheid, veiligheid, leefbaarheid en sociale samenhang. Bij ons alle vier leeft een gevoel van onbehagen dat de huidige constructen op basis waarvan wij werken niet voldoen. De standaardoplossingen volstaan niet langer. De ordezoekende bureaucratie heeft bijvoorbeeld niks met serendipiteit. Raar, want veel ontwikkelingen komen juist voort uit toeval en onbekendheid. Dus als een bureaucratie beter leert te vertrouwen op de intuïtie van de professional en als die professional daardoor het toeval beter leert te herkennen, kan de bureaucratie problemen dan niet veel slagvaardiger aanpakken? Mooier gezegd: De huidige dominante sturingsfilosofie in het openbaar bestuur biedt onvoldoende ruimte aan professionals en is onvoldoende responsief naar de praktijk. Wij willen daarom op zoek naar deze ruimte en welke professionaliteit nodig is om deze ruimte te maken en te gebruiken. We zoeken niet naar de vraag of het systeem moet veranderen, maar naar de noodzakelijke mentaliteitsverandering bij de professionele ambtenaar.

Wat willen wij u vragen?
In de zoektocht naar die professionaliteit, gaan we eerst het begrip 'ruimte' in zoveel mogelijk dimensies onderzoeken. Daartoe voeren wij gesprekken met professionals en wetenschappers die op geheel uiteenlopende wijze met het begrip ruimte bezig zijn, zoals een architect, een onderhandelaar, een ruimtevaartdeskundige, een historicus etc. Het zijn open en onderzoekende gesprekken waarin we vooral zoeken naar ongedachte combinaties en onverwachte invalshoeken.

U bent een leider, een vernieuwer die oog heeft voor draagvlak. Dat gaat allemaal over ruimte. Graag zouden we hierover met u verder willen praten, waarbij we ook met u willen zoeken naar de onbekende of ongebruikte kanten van ruimte. Geeft uw agenda hiertoe in de maanden december/januari mogelijkheden? Wij zullen komende week contact met u opnemen.

Goede groet,

Abdilaziz Musa (gemeente Utrecht)
Rudmer de Vries (gemeente Den Haag)
Ruud Rakers (gemeente Rotterdam)
Niels Kuiper (gemeente Rotterdam)

Alexithymie en mindfulness

Wat inspiratie.

Het verhaal van Frits Hermans, verteld door een Canadese hoogleraar, Douglas Tataryn.
http://integrallife.com/member/dtataryn/blog/we-are-all-alexithymic

Wat ik er interessant aan vind is de medische term die hij koppelt aan
het onvoldoende openstaan voor gevoelens: Alexithymie (uit het Griekse
λεξις en θυμος, letterlijk "zonder woorden voor emoties"). Het doet me
denken aan de redenatie van Hermans dat onze omgeving te instrumenteel
is. Een bureacratie is per definitie alexithymisch. Wat doet dit met
de functionarissen? Interessante notie, raakt aan psychologische
gerichtheid.

In een wijze lezing over mindfulness, kwam ik twee mooie quotes tegen (niels: als je de hele film gaat kijken, eerste 8 minuten is een saaie introductie, die kun je overslaan, rest is zeker de moeite waard)

Jon Kabat Zinn zegt: What we've learned in mind-body medicine in the last 30 years has profound implications for the live of instituitions, for the life of societies, for the life of governments.

Sluit mooi aan bij waar we vrijdag eindigden: als de bureaucratie alexithymisch is, hoe kun je die genezen. Zijn behandelingen uit de psychologie van toepassing op de gevoelsarme functionaris?

Op minuut 54.38 wordt de vraag gesteld of dokters meer op hun instinct moeten vertrouwen. Kabat Zinn spreekt over intuïtie. Interessant om dat korte fragment te bekijken. Hij merkt o.a. op: je moet intuitie/instinct niet per definitie vertrouwen, maar wel eren. Je moet het leren te eren, door je discernment (onderscheidingsvermogen?) te ontwikkelen. Nou ja, zie voor je zelf.







woensdag 8 december 2010

Kafkabrigade

Dag allemaal,
Gisteren keek ik op de site van de Kafkabrigade www.kafkabrigade.nl/ .
Volgens mij is dit een interessante groep om mee te praten.

Groeten,

Abdilaziz

Did you know?

Interessant filmpje dat aangeeft dat losse feiten impact kunnen hebben

dinsdag 7 december 2010

Bijeenkomst nieuw ervaringsparadigma


Vrijdag 17 december
'Do You Feel It Too?' Een nieuw ervaringsparadigma in de maak
met Joost de Bloois, Aetzel Griffioen, Nicoline Timmer, e.a.

Aanvang 20:30. Zaal open 20:00.
Prijs 7 of 5 euro (met kortingspas). Reserveren via www.perdu.nl.

In de filosofie, de literatuur en de hedendaagse kunst zijn stappen ondernomen de postmoderne kritiek en ervaringsstructuur te doordenken. Een nieuw ervaringsparadigma lijkt daarbij in de maak: de constructie van een ‘gedeelde ervaringswereld’ en de constructie van een zelf in relatie tot de ander. Circulerende sleutelwoorden zijn intersubjectiviteit, inter-esse, intermedialiteit, interculturaliteit (kortom een ‘tussen’), alsook emphatie, oprechtheid, kwetsbaarheid en verbondenheid.

Zo signaleert literatuurwetenschapper Nicoline Timmer in haar boek Do You Feel It Too? The Post-Postmodern Syndrome in American Fiction at the Turn of the Millennium dat schrijvers zoals David Foster Wallace, Dave Eggers en Mark Danielewski in hun werk een nieuw relationeel, zelfbeeld creëerden. Filosoof Henk Oosterling pleit in zijn boek Woorden als Daden voor een relationele filosofie en discoursomslag waarin basisconcepten als relatie, reflectie, verantwoordelijkheid en interesse centraal staan. Hedendaagse kunstenaars, zoals bijvoorbeeld Tris Vonna-Michell, onderzoeken de verbintenissen die tekst en beeld, en tijd en ruimte in verschillende vormen van expressie onderling aangaan, aldus curator en kunstcriticus Nicolas Bourriaud in zijn Altermodern Manifesto: Postmodernism is Dead, waarbij hij een precaire esthetiek signaleert.

Perdu onderzoekt het nieuwe ervaringsparadigma met literatuurwetenschapper en beeldend kunstenaar Nicoline Timmer, filosoof Aetzel Griffioen, literatuurwetenschapper en cultuurcriticus Joost de Bloois, e.a. Zij zetten de geschetste ontwikkelingen nader uiteen en gaan met elkaar in gesprek over vragen als hoe die ‘gedeelde ervaringswereld’ en ‘relationele zelfbegrippen’ in de verschillende voorstellingen eruit (kunnen) zien. Welke overeenkomsten en verschillen treffen we aan? Ligt er ruimte voor agency in besloten? Op welke wijze wordt een oprecht verbinden mogelijk gemaakt. Is de nieuwe ervaringswereld levensvatbaar in de postmoderne laat-kapitalistische wereld van vandaag?'

woensdag 1 december 2010

Artikel uit Binnenlands Bestuur

'Geef gemeente-ambtenaren meer verantwoordelijkheid'

Gemeenteambtenaren zouden meer vrijheid en verantwoordelijkheid moeten krijgen. Dan zouden ze nét iets meer kunnen doen voor de burger. Dat is de...

24.11.10 5 reacties

Gemeenteambtenaren zouden meer vrijheid en verantwoordelijkheid moeten krijgen. Dan zouden ze nét iets meer kunnen doen voor de burger. Dat is de aanbeveling van Peter Kanne, onderzoeker bij TNS NIPO.

Toverwoord
In opdracht van Logica Nederland voerde hij een onderzoek uit onder circa 1500 burgers en ambtenaren. Hoe ervaren zij de gemeentelijke dienstverlening? In de basis als goed: burgers gaven ambtenaren een 7,1 – hoger dan zij zelf hadden verwacht. De laatste jaren was efficiëntie het toverwoord en dat is te zien: burgers worden snel geholpen. Maar verbeterpunten zijn er ook. Die zitten ‘m in net dat stapje extra.

Buiten portefeuille
‘Een ambtenaar denkt vaak vanuit zijn eigen portefeuille,’ zegt Peter Kanne, ‘maar hij zou het gehele probleem van de burger moeten snappen om het op te lossen. Dus als iemand voor een vergunning komt, vragen: “Waar hebt u die voor nodig?” En meedenken als de burger antwoordt: “Ik ben mijn huis aan het verbouwen” . Misschien heeft de burger die vergunning helemaal niet nodig. Misschien is er iets anders waar een collega hem mee kan helpen.”

Rechtsgelijkheid
Volgens Kanne wordt de gemeenteambtenaar nu nog in zijn handelingsvrijheid beperkt door het idee van rechtsgelijkheid. ‘Als je niet meer werkt met protocollen, maar dienstverlening op maat gaat leveren, dan kan het zijn dat je voor de ene burger harder rent dan voor de anderen. En dat mag niet.’

Lef
Gemeenten moeten het lef hebben, vindt Kanne, om hun ambtenaren een balans te laten vinden tussen flexibiliteit en regels. ‘Je moet mensen een bepaalde verantwoordelijkheid durven geven. Ambtenaren moeten niet bang zijn dat ze op de vingers getikt worden. Want ze willen burgers heel graag helpen.’

Digitale infrastructuur
Ook de digitale infrastructuur kan worden ingezet bij het tegemoet komen van de burger. Kanne: ‘Ik moest laatst de huur van mijn nieuwe tuin regelen met de gemeente. Dat duurt dan maximaal acht weken. Het is nu zes weken geleden en ik heb niets gehoord. Het zal best goedkomen, maar je vraagt je af: wat zijn ze nou allemaal aan het berekenen? Toen ik onlangs op een website een boek bestelde, kreeg ik al snel een mailtje dat de levertijd vijf in plaats van twee dagen zou zijn. Zoiets zouden gemeenten ook moeten implementeren in hun ict-systeem.’

maandag 29 november 2010

Antwoorden vragenlijst buitenlandmodule

1b Wat wordt door jullie afzonderlijk ervaren als de meest belangrijke dilemma’s en uitdagingen in de dagelijkse werkomgeving.

Abdilaziz: Belangrijkste uitdaging is voor mijn omgeving is de veranderende rol die de lokale overheid speelt. De rol van de lokale overheid verandert steeds meer van beleid maken naar processen initiëren en regie organiseren. Dit vergt een andere attitude van de individuele beleidsambtenaar.

Ruud: Het bij elkaar krijgen van mensen die durven, kunnen en willen veranderen. Vooral om mensen anders te laten kijken naar hun werk en naar (on)aantrekkelijkheid van andere partijen in de stad. Ook het organiseren van luwte om in rust die veranderingen voor te bereiden, in combinatie met de grote stappen die gemaakt moeten worden op hoger (en drukker) niveau.

Rudmer: Dit verandert (ook door het onderzoek) in principe per week (ha!). Nu bezig met de dominantie van het instrumentele en rationele in de werkomgeving en de kloof die dit veroorzaakt met de uitvoering. Het spanningsveld beleid - uitvoering, komt in dat licht overeen met de liefdeloze samenwerking die de gemeente met haar partners op wijkniveau onderhoudt. Een samenwerking gebaseerd op wantrouwen.

1c Leg uit hoe deze individuele dilemma’s en uitdagingen zich verhouden tot jullie groepsopdracht

Abdilaziz: Onze groepsopdracht gaat over de invulling van deze andere attitude. Dus wat mij betreft is er een directe relatie.

Ruud: 100%. Het gaat om mensen die de schakel zijn tussen enerzijds het zoeken naar vernieuwing en daarvoor de netwerken durven aangaan en anderzijds het geaccepteerd krijgen van die vernieuwing binnen de eigen organisatie. Het gaat niet alleen om de grote helden, maar vooral om die kleine schakelaars daarachter. Zij willen vaak best, maar weten zich niet of moeilijk staande te houden onder de druk van boven. Het gaat om ruimte krijgen en maken. Dát is de de kern van onze opdracht.

Rudmer: Het begrip ruimte staat centraal. In relatie tot voorgaande: ook in zo'n bureaucratische omgeving is het mogelijk om de mentale ruimte te vinden die tot een andere (minder instrumentele houding) leidt. Begrippen die hier bij passen: niet oordelend waarnemen. Goed, actief leren luisteren. Luisteren om dingen te bereiken. Meertaligheid ontwikkelen. Manager als gevoelsmakelaar.
Het ervaren van deze mentale ruimte is lastig en vereist voor veel ambtenaren een geheel nieuw perspectief. Dat is volgens mij de reden dat mindfulness in zoveel amerikaanse organisaties als kernbegrip wordt gehanteerd. Zie citaat hieronder.

Another corporation (Sounds True, an audio recordings company) has mindfulness as a core value.At Sounds True, we strive to practice mindfulness in every aspect of our work. Recognizing the importance of silence, inward attention, active listening and being centered, Sounds True begins its all-company meetings with a minute of silence and maintains a meditation room on-site for employees to utilize throughout the day.

Een mooi voorbeeld van hoe attitude-verandering rigoureus kan worden doorgevoerd (alhoewel ik niks weet over de effectiviteit van dit voorbeeld, spreekt het me aan)

zondag 28 november 2010

Gesprek Jonathan Herzberg 26 november


Hallo drie,

Gesprek Jonathan Herzberg
Bijgaand mijn krabbels van het erg goede gesprek dat we met Jonathan Herzberg hebben gehad.

Groeten,

Niels

Aantekeningen college In 't Veld


Roel in ’t Veld ging gedurende de opleiding (6 april 2009) de stelling aan dat er binnen het openbaar bestuur geen grondslag meer is voor intersectorale afwegingen. De abstracties zijn zo groot dat ze niet meer zijn te verbinden. Toch willen wij in de eerste fase van ons onderzoek op zoek naar nieuwe gemeenschappelijke inzichten over een begrip als ruimte. Het risico bestaat dat we door deze interdisciplinaire gesprekken een deel van de zorgvuldigheid kwijtraken. Maar allicht dat er in deze slordigheid ruimte zit waar nieuwe inzichten zijn te halen. Niet de methodologische vereiste die leidt tot immunisering, maar de zinvolle verbinding als lenigheidsexcercitie.

Roel heeft verder op 6 april tegen ons geroepen dat de beste beslissingen nooit zijn genomen. Die waren er gewoon. En het is niet alleen de inhoud die er toe doet, maar ook het commitment van mensen.

Toename van het onbedoelde.

Maak iets lenigs! Niet iets voor meerdere decennia.
De ontmoeting met complexiteit is georganiseerd in consensus.
Wij zijn echter op zoek naar oases in bureaucratische woestijnen.

Op 7 april roept hij tegen ons dat er niet zoveel momentum theorie in de bestuurskunde is doorgedrongen. Momentum theorie gaat niet over kennis maar over intuïtie! De intuïtie die nodig is om de doorwaadbare plekken te vinden. Momentum die op zoek gaat naar draagvlak en opportuniteit. Hier keek ik even op omdat hier een belangrijke link ligt met één van de 2 andere onderzoeksgroepen.

Verder doet hij op die dag een uitspraak die mijn nogal raakt: Mijn leven is gevuld met ontmoetingen waarin ik vanuit verschillende perspectieven langs mensen heen heb gepraat. “Ik kan niets waarnemen, anders dan de sluiers van mijn eigen waarden”.

Vervolgens moet bovenstaande (en volgens mij komen we daar in de casuïstiek ook nog achter), de wereld van weten en verbinden, nog verbonden worden met de wereld van het willen en kunnen. Roel heeft op 7 april de vraag op tafel gelegd hoe deze ontmoeting zo vruchtbaar mogelijk tot stand kan worden gebracht.

Groeten,

Niels

donderdag 25 november 2010

Rapport Beroep:beleidsambtenaar


Heren,

In de bijlage een het rapport Beroep: beleidsambtenaar Over ambtelijk besef en professioneel lef.

Ik ben door een collega hierop geattendeerd. Ik heb het zelf nog niet gelezen, maar wellicht interessant voor ons onderzoek.

Groet,

Abdilaziz

dinsdag 23 november 2010

Speech Obama: we are the ones we've been waiting for

Uit zijn speech:

Change will not come if we wait for some other person or some other time.
We are the ones we've been waiting for.
We are the change that we seek

vrijdag 19 november 2010

Leiderschap van de first follower

Lessen in leiderschap, Mark van Twist wees ons tijdens een carousselbespreking op het volgende filmpje, dat verband houdt met de vraag: wie is de held achter de held?

zondag 14 november 2010

Planning Metropool

Zie hier onze planning
Mannen,

(1) Allereerst: bijgaand een nieuw stuk waarin de planning is opgenomen. Ik schrok eerlijk gezegd behoorlijk toen ik zag hoe kort de tijd tot juni volgend jaar is en hoe zo'n tijdsbeslag we met elkaar hebben afgesproken. Aan de andere kant: live life to the max.

(2) Daarnaast de vraag aan jullie of de openingsalinea niet wat meer realiteitszin moet krijgen? Is een krantenkop waar de naam van iemand die een tussenfunctie heeft ingevuld wordt genoemd en voor ons het haakje vormt dat we nodig hebben. Wat te denken van:

**********
(CBS) Harlem has long been the spiritual capital of black America. In its heyday during the Harlem renaissance, it was a wellspring of politics, music and art. But over the years, the neighborhood suffered a steady decline and came to symbolize the worst of urban poverty and decay. Today, there’s a new renaissance under way in Harlem, with the construction of new buildings, businesses and schools. One of the people leading the charge is Geoffrey Canada. http://www.cbsnews.com/stories/2006/05/11/60minutes/main1611936.shtml

**********
(NYT) The fight against poverty produces great programs but disappointing results. You go visit an inner-city school, job-training program or community youth center and you meet incredible people doing wonderful things. Then you look at the results from the serious evaluations and you find that these inspiring places are only producing incremental gains. That’s why I was startled when I received an e-mail message from Roland Fryer, a meticulous Harvard economist. It included this sentence: “The attached study has changed my life as a scientist.”
http://www.nytimes.com/2009/05/08/opinion/08brooks.html

**********

(3) Bijgaand info + trailer over de film waar Rudmer eerder aan refereerde. Staat in de planning opgenomen in de planning voor de avond van 26 november (onze vaste werkdag): http://www.waitingforsuperman.com/
Overigens is het interessant (vanwege woordgebruik en zienswijze) om de reactie van de CEO van de HCZ op de film op de volgende locatie te lezen: http://www.nydailynews.com/opinions/2010/10/13/2010-10-13_the_truth_about_our_schools_harlem_childrens_zone_ceo_geoffrey_canada_on_waiting.html
(4) Verder heeft het me even gekost, maar ik heb via Arjan Brandon (via via) de naam van een architect met een verhaal weten te achterhalen: Herman Hertzberger. Heb hier ook een boekje van hem liggen over het ontwerp van het Stedelijk Gymnasium in Leiden. Deze meneer heeft zeker een verhaal op onze eerste deelvraag: Wat is ruimte.

Dus voordat ik het stuk er uitgooi graag nog een reactie op m.n. (2)

Groet,

zondag 7 november 2010

Waiting for Superman

He mannen,

Davis Guggenheim (van an inconvenient truth) heeft een nieuwe documentaire gemaakt, nu over het schoolsysteem in amerika. hij richt zich vooral op de veranderingen in de stad washington, maar the harlem childrenzone zit ook in de docu.



Op vrijdag 26 november wordt de docu vertoond op het idfa in amsterdam. lijkt me leuk en leerzaam om gezamenlijk naar toe te gaan!

groeten,

rudmer
Beste Niels en anderen,

Hierbij mijn aanpassingen in het document.

-Verder had ik nog gezegd een filmpje te sturen van het denkbeest uit ljubljana. Interessante man, leuk om te zien maar niet relevant voor ons onderzoek.




Get Microsoft Silverlight
Bekijk de video in andere formaten.


-Een andere creatieve vorm: de fotostrip.

-En als laatste link het filmpje The Story of Stuff, waarin de makers erin slagen een hele complexe boodschap kristalhelder uit te leggen door de combinatie van tekst en tekeningen. Heel knap! Het is een soort instructiefilmpje dat viral ;) is gegaan



groeten,
rudmer

donderdag 28 oktober 2010

Heren,

Bijgaand mijn commentaar en feedback. Succes morgen.
Mochten er onduidelijkheden zijn, hoor ik dat graag.

Groet!

Drs. J.H (Jaap) van der Spek

zondag 24 oktober 2010

@ Ruud,
dank! Ik ga er nog een blik op werpen.
@ Allen
Bijgaand ter info een bijdrage van Geert Teisman over gebiedsontwikkeling met daarin wat uitleg over de assemblagetheorie. Maar, wellicht herkenbaarder de sheets op onderstaande locatie:
Lijkt erg veel op de richting die we nu inslaan...
Ik meld me straks bij jullie terug.
Niels
Ha Niels,
Help. Ik krijg bijgaand document niet geopend, Het is een DOCX document. Op mijn werk krijg ik het wel geopend, maar niet thuis. Ik kan Rudmer niet te pakken krijgen.
Dus doe ik het op basis van wat ik denk dat erin staat.
Wat ik in de vorige versies miste (maar dus wellicht aangepast door Rudmer) is:
1. Dat het duidelijk is dat we een andere tussenfunctie willen onderzoeken dan tot nu toe gebruikelijk. Niet de tussenfuncties buiten de organisatie, maar de tussenfunctie die een beleidsambtenaar kan aannemen met als meerwaade dat hij/zij voor de aansluiting van de bureaucratie zorgt.
2. Voor het zoeken naar onverwachte relaties (zoals het tupperware model voor politieke partijen) zoeken we ogenlijke non-verbanden op de volgende rollen van de verbinder (bescheven door Van Twist in de Logica van het Ongepaste (p.30)):
- verbinden wat formeel gescheiden is
- vreemde ogen dwingen
- 'reframing' en probleempositionering
- losschudden van hardnekkige problemen
- strategische entenne voor blinde vlekken
Hoe doen ze dat elders en kunnen we dat voor het openbaar bestuur niet bij hen afkijken?
Ook ik ben niet ontevreden over wat we hebben bereikt. Het mag misschien wat karig lijken, maar de winst is dat we afgelopen donderdag alle vier veel betekenis hebben gegeven aan wat er nu op papier staat.
Tot morgen!
Ruud

woensdag 13 oktober 2010

Eva Gerlach

Eigenlijk zijn onze noties samen te vatten in het volgende gedicht van Eva Gerlach

Het was niet zo dat wij de weg kwijt waren,
eerder was de weg ons kwijt, we hadden hem al
lang verlaten. Keken nog om hoe hij licht
en zeker met een bedoeling tussen de bomen
omhoogging maar al gauw werd hij vaag en hoewel wij
telkens in ons hoofd hem neerlegden daar
gaat hij, zo komen wij terug

werd dat vanzelf steeds minder.

Dit is iets wat je je in een liefdesrelatie kunt permitteren. De relatie tussen overheid en burger is een andere.
We zijn onwetend over waar de weg naar toe gaat (ook al leggen we hem met vele beleidsambities in ons hoofd ergens neer). Toch moeten we ergens op anticiperen.

Opbrengst voor eerste carrousel

Ha mensen,

Ziet er mooi uit Niels. Ik heb een paar aanpassingen gedaan in mijn opmerkingen. En vind hem verder goed zo. Iets meer dan een A-4 tje: so what.

Het model dat je hebt gemaakt, met de vraag hoe je uit deze elementen het beste kunt halen lijkt me goed als voorlopige onderzoeksvraag.

Gisteren tijdens na een lezing nog een paar mooie noties meegenomen:

-modieuze beleidsambities geven ruimte aan "frontlijners" om hun problemen weer anders te framen: het zogenaamde infietsen. Dit is een variant op de politieke luwte van ruud. In de luwte van de politieke, of modieuze beleidsambities kan de uitvoering strategisch gedrag vertonen.

-Een andere opmerking: soms moet je in de buurt bewust een 'gaatje laten vallen' om een initiatief te laten ontstaan. (Zeg maar maatschappelijke dynamiek opwekken door je terug te trekken). Dit sluit goed aan bij de opmerkingen van Niels over kapotmaken en duizend bloemen laten bloeien, en de notie van maatschappelijk ondernemerschap.

-Tegelijkertijd: de rol van de overheid is "de stip op de horizon formuleren" en het maken van het verhaal van de stad. Alleen een processtrategie bedenken voor een netwerk is onvoldoende, je moet aan alle partners perspectief bieden.

Tot morgen!

Rudmer

donderdag 30 september 2010

Dag allemaal,

14 oktober hebben we de eerste carrouselbespreking over onze opdracht. Zoals blijkt uit de mailwisselingen die we hadden over de masterdeel, worden we allemaal geconfronteerd met de beperking van de manier waarop het openbare bestuur is georganiseerd irt tot de ontwikkelingen in de samenleving. Globaal gaat het om de volgende ontwikkelingen (onuitputtelijk)

- legitimatie van onze handelen (normatieve kader),

- relatie bestuur-ambtenaar en ambtenaar-bestuur,

- relatie bestuur-burger,

- gebrek of juist te veel aan reflectie in het openbare bestuur,

- paradoxale houding van de burger (overheid is verantwoordelijk voor alles maar mag zich niet met mijn leven bemoeien),

- De opkomst van de social media en daardoor de reactieve houding vanuit de overheid,

-enz.

Dit zijn allemaal onderwerpen die ongetwijfeld in de masterdeel uitgebreid aanbod zullen komen.

We zullen ongetwijfeld veel stof tot ons krijgen waar we ons over zullen verwonderen.

Ik zou het jammer vinden als het alleen bij verwondering zou blijven. Voor mij is de masterdeel een succes al we een slag dieper gaan om antwoorden te vinden op de vragen:

- wat is de punt op de horizon voor het (locale) openbare bestuur, gelet op al deze ontwikkelingen?

- welke sturingsfilosofie past daarbij?

- hoe nemen we onze eigen organisaties daarin mee?

Dit zijn drie vragen van verschillende grote maar die in elkaars verlengde liggen. We kunnen deze vragen aan de hand van een thema of onderwerp behandelen.

Met name de laatste vraag vindt ik erg interessant. Deze vraag dwingt ons om de veiligheid van de abstractie los te laten. Gelet op de samenstelling van ons groep is de uitdaging om niet te veel te blijven hangen in de abstractie.

We kunnen als eindproduct tools ontwikkelen die onze organisaties (en daarmee ook andere gemeenten) helpen om de mentaliteitsverandering te bewerkstelligen.

Tot zover.

maandag 7 juni 2010

Ha collega's,
Volgens mij is de keus snel gemaakt. Hieronder mijn input:

In Nederland maakt men nu een omslag in het denken over de relatie tussen overheid en burger. De eerste contouren van de omslag van een verzorgingsstaat naar een participatiesamenleving worden steeds beter zichtbaar. De komst van de WMO, het moderniseren van de AWBZ, inzet van Welzijn nieuwe stijl en introductie van de civil society zijn hier voorbeelden van.

Deze omslag wordt aan de ene kant ingegeven door financieel-economische redenen. De verzorgingsstaat is in haar huidige vorm simpelweg niet meer houdbaar. Nog belangrijker is het feit dat er een paradoxale houding van "de burger" is ontstaan die de legitimiteit van de overheid bedreigt. Aan de ene kant wil "de burger" dat de overheid zich niet bemoeit met zijn leven, tegelijkertijd is de overheid verantwoordelijk voor alles wat misgaat in de samenleving.

Met de omslag naar een participatiesamenleving zeggen we in feite dat het overheid maar één van de partijen is die de samenleving mede vormgeeft. Een interessant thema dat ik tijdens dit mastertraject wil onderzoeken is hoe geeft je dit vorm. Hoe betrek je andere partijen? Welke procesaspecten kun je inzetten, hoe creëer je privaatpublieke allianties? Kortom hoe geef je in een veranderen tijd de relatie tussen overheid, partners en burgers vorm?

In mijn werkpraktijk houd ik me bezig met het vormgeven van de toekomst van de Utrechtse welzijnsveld. En dat in een tijd dat we minder te besteden hebben. We willen meer vragen van de burgers en minder laten doen door professionals. De professional moet streven naar het zelfredzaam maken van de burger door het inschakelen van het eigennetwerk van de cliënt. Dit vraagt een mentaliteitsverandering van burgers, professionals en ambtenaren. We willen ook een andere manier van financiering. Zo willen we een beroep doen op bedrijven en ondernemers.

We hebben in Utrecht de afgelopen maanden een stedelijke visie ontwikkeld genaamd Vernieuwend Welzijn. De komende tijd wordt dit omgevormd tot een gemeentelijke beleidsvisie. Deze visie moet de komende twee jaar geïmplementeerd worden in alle aspecten van het welzijnveld. Dus de komende jaar zijn er genoeg momenten om in de opleiding te benutten.

Paul Frissen, Geert Teisman, Jos van der Lans, Mark van Twist, Herman Wijffels.

Als voorbeeld van privaatpublieke alliantie denk ik aan Harlem Children Zone. HCZ is een non-profit grassroots community organisatie. Het wordt door zowel privaat als publieke middelen gefinancierd.

Gr,

Abdilaziz


Hallo mensen,

1.
Ik sluit me aan bij de onderwerp-keuze chaos en orde. Ik voel me het meest verwant met de formulering van Ruud.
Van de overheid wordt steeds meer verwacht, terwijl we tegelijkertijd steeds meer één van de partijen zijn. De analyse over netwerksturing uit het boekje de Boom en het Rizoom sprak me aan:
-Organiseer je als overheid flexibel, vorm je per onderwerp naar het maatschappelijk probleem
-De zwaartepunt van je organisatie moet verplaats worden naar de randen, daar waar de interactie met de buitenwereld plaatsvind.
-Creeer "tussenfuncties" op die rand van binnen- en buitenwereld. Dit zijn hele lastige functies waar nieuwe competenties voor nodig zijn. Dit sluit ook goed aan bij de analyse van Teisman: het gaat in een steeds complexere wereld steeds meer om de mens en minder om de functionaris.
Maar goed, hoe ga je dit in de praktijk doen. Je botst direct op de orde: op de bureaucratie. Volgens mij zijn er twee interessante oplossingsrichtingen. Ten eerste het vertrouwensconcept. Meer sturen met vertrouwen, dit vraagt heel wat in een hierarchische afrekencultuur. Het lijkt me lastig om een goede modus te bedenken voor de politieke verantwoordelijkheid, maar het lijkt me onontkomelijk. Een tweede is het stimuleren en je verhouden tot zelforganiserende netwerken: het uitlokken van maatschappelijke dynamiek, zonder het te smoren door het passend te maken binnen bestaand beleidskaders.
Dit laatste punt is denk ik interessant als het gaat over de verhouding burger - overheid die door sommigen al is genoemd. De huidige omgang lijkt failliet. In de volkskrant van zaterdag stond een zeer boeiend verhaal van Philip Blond over de noodzaak van zelfsturende netwerken. Hij ziet dit als een oplossing voor veel problemen. (Ik heb het artikel als pdf hier en hier in twee delen toegevoegd).
Je wilt als overheid dus participatie organiseren, maar welke overheidsrol past dan nog. In de Boom en het Rizoom wordt dit betrokken bescheidenheid genoemd. Dat past in de bestuurkundige stroming van beleidsmediatie. Die gaat er van uit dat participatieprocessen autonoom zijn, maar niet zelfsturend. Er is toch altijd een bepaalde vorm van design nodig. Dit kan heel zacht design zijn: in een netwerk moet de bereidheid zijn tot reflectie en gezamenlijk leren. In de stroming van beleidsmediatie in multistakeholder governance wordt dat gezien als een rol voor de overheid.
2 / 3 In mijn werk gaat de komende tijd het gebiedsgericht werken centraal staan. Dit heeft ontzettend veel kanten en implicaties. Daarin vind ik het een interessante vraag of het klassieke beleidswerk z'n langste tijd gehad heeft. In Den Haag gaan we de komende tijd drie wijken aanwijzen als leergebieden, om te onderzoeken of de beleidsafdelingen van OCW en de andere diensten beter kunnen samenwerken, wanneer het gebied centraal staat.
4. Ik heb laatst een lezing van professor Stone over regimes bijgewoond. Ik vond het erg leerzaam om in zijn verhaal ook internationale perspectief mee te krijgen. Ik zou dus ook willen pleiten voor enkele internationale docenten. Suggesties uit de hoek van de beleidsmediatie: Forester, Fung, Suskind, Innes, Podzeba, Sandrecock. Andere mogelijke docenten Hendrik Wagenaar, Pieter Tops. Terugzien: Van Twist, In 't Veld, Teisman.
Internationale Casus: In Seattle is in de jaren negentig succesvol de gemeentelijke organisatie gekanteld doordat de burgemeester een department of neighborhoods is gestart waar alleen maar mensen van buiten (community workers) in zijn aangesteld.
Tot morgen!
Rudmer

woensdag 26 mei 2010


Ha steeds-hoger-geleerde Metropolers,

Leuk dat we met zo veel mensen doorgaan. En leuk dat Renate en Sjoerd uit de vorige leergang ook meedoen.

Ik ben er donderdag niet, omdat ik moet optreden bij het GMT (mijn voorstel gaat iedereen mankracht en geld kosten, dus ik moet er even stevig tegen aan).

Daarom mail ik jullie mijn hoop en inbreng in de vorm van antwoord op onderstaande vragen:

  1. Voor mij is hét centrale thema: balanceren tussen chaos en orde, tussen bureaucratie en netwerk, tussen back en front, tussen ver/geboden en ondernemen, en (sinds vorige week) tussen boom en rizoom. Kortom: over ambtelijke lenigheid, bewuste ondeugd, of te wel: het verhaal van Teisman.
  2. Werkpraktijk: Dit is het centrale thema in mijn werk. Ik ga werken voor Pact op Zuid, waarin gemeente, deelgemeenten, corporaties, schoolbesturen en ondernemers nieuwe vormen van samenwerking zoeken. Dat trekt mensen die alleen kansen voor ontwikkeling zien ver weg van de gemeente. tegelijkertijd zadelt de gemeente het Pact op met targets en beperkt zij mij in het zoeken naar ruimte. Tenzij ik die balans goed weet te vinden…
  3. Eind 2010 willen we een bijzondere aanpak voor zuid hebben met een deal tussen gemeente en rijk. Daarvoor en daarna verwacht ik nog veel bijzondere momenten.
  4. Bijzondere ontmoetingen: Ik heb even geen mensen op mijn netvlies. Wel steden. Er zijn steden die het roer in één keer weten om te gooien en die optimaal weten samen te werken in netwerken. Voorbeelden zijn Malmö (tja, tikkeltje sneu in de winter) dat in een gat viel nadat haar industrie teloor ging en op een gegeven moment samen met allerlei partners heeft besloten alleen voor de allerbeste kwaliteit te gaan (100% CO2 neutraal, evenementen in huis halen, etc. maar alleen het allerbeste, en heeft daar ook de werkgelegenheid aan gekoppeld). Andere voorbeelden zijn waterfronts / stadshavens, waar van zware ellende samen met veel partners voor een radicaal andere toekomst wordt gekozen (New York, Hamburg, etc.). En in het algemeen zijn het vooral Amerikanen die goed hun weg weten te vinden op de grens tussen ondernemen en bureaucratie (want ook daar is de overheid leidend in de financiering van veel fysieke en sociale projecten). Zij denken ruimer en creatiever dan de meeste Europeanen (jullie uitgezonderd natúúrlijk ..).

Ik hoop dat jullie tot een wijs besluit komen!

Met vriendelijke groet,

Ruud Rakers

dinsdag 18 mei 2010

Aantekeningen uit college Teisman

Even een paar losse quotes uit mijn aantekeningen

-Organiseer lenigheid: ruimte geven zonder los te laten
-Ontwikkeling vindt plaats in netwerken
-Er is altijd veel meer gemeenschappelijk dan aanvankelijk gedacht, voordat de interactie plaatsvond
-Het publieke domein is slecht in het organiseren van inhoudelijke expertise
-Adaptive Governance
-In complexe systemen gaat het meer over de mens en minder om de functionaris